Geolocatie

De geolocatie in de EUDR verwijst naar coördinaten bestaande uit lengte- en breedtegraden. Dit zijn termen die u mogelijk kent van het navigatiesysteem in bijvoorbeeld een auto. Op een kaart van de aarde zijn:

Lengtegraden (Longitude): Verticale lijnen

Breedtegraden (Latitude): Horizontale lijnen

Als deze twee lijnen elkaar op een bepaalde plaats kruisen, dan worden dat de coördinaten van die locatie genoemd. Op die manier kunnen alle locaties op de aarde via coördinaten heel nauwkeurig worden vastgelegd. Om de nauwkeurigheid te waarborgen, vereist de EUDR dat coördinaten minimaal uit 6 decimalen bestaan. Als voorbeeld vindt u hier de coördinaten van het kantoor van DuraCert in Deventer:

Lengtegraad     : 6.154748614132643

Breedtegraad    : 52.257312675826114

Brongebieden

Bij de EUDR gaat het erom dat de producten niet hebben bijgedragen aan ontbossing en legaal zijn. Dit geldt voor producten die op deze HS-code lijst staan en vervaardigd zijn van de grondstoffen runderen, cacao, koffie, oliepalm, rubber, soja of hout en papier vallen onder de EUDR. Om te monitoren of de brongebieden van deze grondstoffen niet ontbost zijn of worden, vereist de EUDR om alle coördinaten van de brongebieden aan te geven.

Polygoon of enkel punt

Er zijn twee manieren waarop de coördinaten van brongebieden aangegeven kunnen worden:

Voor brongebieden die groter zijn dan 4 hectare oppervlak moet een lijn worden getrokken van coördinaat tot coördinaat die de omtrek van het brongebied nauwkeurig vastlegt. Een polygoon mag slechts één brongebied omvatten en niet uit meerdere brongebieden bestaan.

Figuur 1 Voorbeeld EUDR polygoon > 4 hectare

Voor brongebieden kleiner dan 4 hectare is het toegestaan om deze vast te leggen met één punt:

Figuur 2 Voorbeeld EUDR enkel punt < 4 hectare

Bij het verzamelen van de geolocaties, is het sterk aan te raden ook de volgende gegevens per locatie te verzamelen:

• Naam van de producent van de grondstof;
• Land van de producent van de grondstof;
• Plaats van productie van de grondstof.

Aangifte in TRACES

De coördinaten van brongebieden kunnen handmatig in het EU-systeem TRACES worden ingevoerd. Dit is zeker haalbaar bij kleine hoeveelheden coördinaten, maar veel grondstoffen van producten die aan de EUDR moeten voldoen, zullen uit meerdere brongebieden komen. Ook kunnen de polygonen van brongebieden bestaan uit een heleboel coördinaten. Alles bij elkaar levert dat mogelijk heel veel gegevens op, die door marktdeelnemers bij de aangifte van producten in het EU-systeem TRACES ingevoerd moeten worden. Om dit te vereenvoudigen, geeft het EU-systeem TRACES de mogelijkheid om de coördinaten te uploaden. Om de upload te kunnen doen, moeten de coördinaten in het GeoJSON format worden vastgelegd. Meer informatie hierover vindt u hier.

Fabels

1. De herkomst van de grondstoffen worden nu voor iedereen zichtbaar?
   Het EU-systeem TRACES is een systeem waar bedrijven op moeten inloggen met hun EORI-nummer. De geolocatie van brongebieden die ingevoerd worden zijn niet zichtbaar voor andere bedrijven, alleen het ingelogde bedrijf en de bevoegde autoriteiten hebben inzage in de geolocaties die in TRACES ingevoerd zijn.
2. De eigenaren van brongebieden moeten alle coördinaten in het GeoJSON format doorgeven?
   De EUDR schrijft geen GeoJSON format voor. Het EU-systeem TRACES gebruikt voor de upload het GeoJSON format, maar ook uploads in andere formats worden in de toekomst mogelijk gemaakt. De bedrijven die de aangifte in TRACES doen, kunnen ook zelf de coördinaten in het GeoJSON format omzetten. Vervolgens kunnen zij de bestanden dan uploaden in TRACES.